Information über das Wort spoelen (Niederländisch → Esperanto: bobeni)

Synonyme: op een klos winden, opwinden, winden

WortartVerb

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) spoel(ik) spoelde
(jij) spoelt(jij) spoelde
(hij) spoelt(hij) spoelde
(wij) spoelen(wij) spoelden
(jullie) spoelen(jullie) spoelden
(gij) spoelt(gij) spoeldet
(zij) spoelen(zij) spoelden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) spoele(dat ik) spoelde
(dat jij) spoele(dat jij) spoelde
(dat hij) spoele(dat hij) spoelde
(dat wij) spoelen(dat wij) spoelden
(dat jullie) spoelen(dat jullie) spoelden
(dat gij) spoelet(dat gij) spoeldet
(dat zij) spoelen(dat zij) spoelden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
spoelspoelt
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
spoelend, spoelende(hebben) gespoeld

Übersetzungen

Deutschspulen; aufspulen; wickeln; aufwickeln
Englischwind; reel
Esperantobobeni
Portugiesischdobar; enrolar em bobina