Information über das Wort vergen (Niederländisch → Esperanto: postuli)

Synonyme: eisen, opeisen, postuleren, rekenen, verlangen, voorschrijven, vorderen

WortartVerb
Aussprache/ˈvɛrɣə(n)/
Trennungver·gen

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) verg(ik) vergde
(jij) vergt(jij) vergde
(hij) vergt(hij) vergde
(wij) vergen(wij) vergden
(jullie) vergen(jullie) vergden
(gij) vergt(gij) vergdet
(zij) vergen(zij) vergden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) verge(dat ik) vergde
(dat jij) verge(dat jij) vergde
(dat hij) verge(dat hij) vergde
(dat wij) vergen(dat wij) vergden
(dat jullie) vergen(dat jullie) vergden
(dat gij) verget(dat gij) vergdet
(dat zij) vergen(dat zij) vergden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
vergvergt
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
vergend, vergende(hebben) gevergd

Gebrauchsbeispiele

Maar het moet mij van het hart dat u niet tegen de ontberingen, die men van u zal vergen, opgewassen lijkt.
U zult zeker geen vergoeding ontvangen voor handelingen die de wet van u vergt, hetgeen u net zo goed weet als ik, zo niet beter.
Dergelijk extreem gedrag zal zeker niet gevergd worden.

Übersetzungen

Afrikaanseis
Dänischfordre
Deutscherheischen; fordern; erfordern; verlangen; zumuten
Englischdemand; require; exact
Esperantopostuli
Färöerischkrevja
Finnischvaatia
Französischdemander; exiger
Katalanischexigir
Lateinexigere; postulare
Niederdeutschupeisen; eisen; eysken
Papiamentoeksigí; eksihí
Polnischpostulować; żądać
Portugiesischexigir; postular; reclamar
Saterfriesischaaskje; ferlongje; foarderje; toumoudje
Spanischexigir
Westfriesischeaskje; fereaskje