Information über das Wort rijzen (Niederländisch → Esperanto: plialtiĝi)

Synonym: stijgen

WortartVerb
Aussprache/ˈrɛi̯zə(n)/
Trennungrij·zen

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) rijs(ik) rees
(jij) rijst(jij) rees
(hij) rijst(hij) rees
(wij) rijzen(wij) rezen
(jullie) rijzen(jullie) rezen
(gij) rijst(gij) reest
(zij) rijzen(zij) rezen
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) rijze(dat ik) reze
(dat jij) rijze(dat jij) reze
(dat hij) rijze(dat hij) reze
(dat wij) rijzen(dat wij) rezen
(dat jullie) rijzen(dat jullie) rezen
(dat gij) rijzet(dat gij) rezet
(dat zij) rijzen(dat zij) rezen
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
rijsrijst
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
rijzend, rijzende(zijn) gerezen

Gebrauchsbeispiele

Hij wees op de gestalte van burgemeester Dickerdack, die gebogen naderde in het licht van de rijzende zon.

Übersetzungen

Afrikaansstyg
Deutschhöher werden; sich erhöhen; steigen
Englischgo up
Esperantoplialtiĝi
Portugiesischaltear; elevar‐se; subir