Information über das Wort betwisten (Niederländisch → Esperanto: kontesti)

Synonyme: aanvechten, afstrijden, bestrijden, tegenspreken, ter discussie stellen

WortartVerb
Aussprache/bəˈtʋɪstə(n)/
Trennungbe·twis·ten

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) betwist(ik) betwistte
(jij) betwist(jij) betwistte
(hij) betwist(hij) betwistte
(wij) betwisten(wij) betwistten
(jullie) betwisten(jullie) betwistten
(gij) betwist(gij) betwisttet
(zij) betwisten(zij) betwistten
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) betwiste(dat ik) betwistte
(dat jij) betwiste(dat jij) betwistte
(dat hij) betwiste(dat hij) betwistte
(dat wij) betwisten(dat wij) betwistten
(dat jullie) betwisten(dat jullie) betwistten
(dat gij) betwistet(dat gij) betwisttet
(dat zij) betwisten(dat zij) betwistten
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
betwistbetwist
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
betwistend, betwistende(hebben) betwist

Gebrauchsbeispiele

De advocaten zouden het testament gaan betwisten.
Ik betwist de meningen van anderen over mijzelf nooit.

Übersetzungen

Deutschabstreiten; bestreiten
Englischchallenge; question; contest; dispute; controvert
Esperantokontesti; pridisputi
Färöerischmótmæla
Französischcontester; disputer
Italienischcontestare; disputare
Katalanischimpugnar; objectar
Spanischcontradecir; discutir; objetar