Information über das Wort ontstellen (Niederländisch → Esperanto: konsterni)

Synonyme: onthutsen, ontzetten, verbijsteren, verbluffen, van streek brengen

WortartVerb
Aussprache/ɔntˈstɛlə(n)/
Trennungont·stel·len

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) ontstel(ik) ontstelde
(jij) ontstelt(jij) ontstelde
(hij) ontstelt(hij) ontstelde
(wij) ontstellen(wij) ontstelden
(jullie) ontstellen(jullie) ontstelden
(gij) ontstelt(gij) ontsteldet
(zij) ontstellen(zij) ontstelden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) ontstelle(dat ik) ontstelde
(dat jij) ontstelle(dat jij) ontstelde
(dat hij) ontstelle(dat hij) ontstelde
(dat wij) ontstellen(dat wij) ontstelden
(dat jullie) ontstellen(dat jullie) ontstelden
(dat gij) ontstellet(dat gij) ontsteldet
(dat zij) ontstellen(dat zij) ontstelden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
ontstelontstelt
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
ontstellend, ontstellende(hebben) ontsteld

Gebrauchsbeispiele

Deze woorden ontstelden Tom Poes, dat valt te begrijpen.

Übersetzungen

Deutschbestürzt machen; in Bestürzung versetzen; konsternieren; bestürzen; betroffen machen; konsternierend; in große Bestürzung versetzen
Englischappal; dismay; alarm; stun; disconcert; startle
Esperantokonsterni
Finnischällistyttää
Französischabasourdir; consterner; stupéfier
Katalanischconsternar
Portugiesischatordoar; bestificar; desconcertar
Saterfriesischbestat moakje; ferbiesterje
Spanischconsternar