Information über das Wort exploreren (Niederländisch → Esperanto: esplori)

Synonym: vorsen

WortartVerb
Aussprache/ɛksploˈrerə(n)/
Trennungex·plo·re·ren

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) exploreer(ik) exploreerde
(jij) exploreert(jij) exploreerde
(hij) exploreert(hij) exploreerde
(wij) exploreren(wij) exploreerden
(jullie) exploreren(jullie) exploreerden
(gij) exploreert(gij) exploreerdet
(zij) exploreren(zij) exploreerden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) explorere(dat ik) exploreerde
(dat jij) explorere(dat jij) exploreerde
(dat hij) explorere(dat hij) exploreerde
(dat wij) exploreren(dat wij) exploreerden
(dat jullie) exploreren(dat jullie) exploreerden
(dat gij) exploreret(dat gij) exploreerdet
(dat zij) exploreren(dat zij) exploreerden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
exploreerexploreert
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
explorerend, explorerende(hebben) geëxploreerd

Übersetzungen

Afrikaanseksploreer; verken
Dänischundersøge
Deutschforschen; ausforschen; erforschen; unterforschen; untersuchen
Englischexplore
Esperantoesplori; esplorrigardi
Färöerischkanna; rannsaka
Finnischtutkia
Französischexaminer; explorer; fouiller; rechercher; reconnaître
Katalanischexaminar; explorar; indagar
Niederdeutschverkennen
Papiamentoaberiguá; investigá
Portugiesischbuscar; escavar; explorar; investigar; pesquisar
Rumänischcerceta; explora
Saterfriesischfoarskje; unnersäike; uutfoarskje
Spanischexaminar; explorar
Tschechischprohlížet; prozkoumat; zkoumat
Türkischaraştırmak