Information über das Wort annuleren (Niederländisch → Esperanto: malmendi)

Synonym: afbestellen

WortartVerb
Aussprache/ɑnuˈleːrə(n)/
Trennungan·nu·le·ren

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) annuleer(ik) annuleerde
(jij) annuleert(jij) annuleerde
(hij) annuleert(hij) annuleerde
(wij) annuleren(wij) annuleerden
(jullie) annuleren(jullie) annuleerden
(gij) annuleert(gij) annuleerdet
(zij) annuleren(zij) annuleerden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) annulere(dat ik) annuleerde
(dat jij) annulere(dat jij) annuleerde
(dat hij) annulere(dat hij) annuleerde
(dat wij) annuleren(dat wij) annuleerden
(dat jullie) annuleren(dat jullie) annuleerden
(dat gij) annuleret(dat gij) annuleerdet
(dat zij) annuleren(dat zij) annuleerden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
annuleerannuleert
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
annulerend, annulerende(hebben) geannuleerd

Gebrauchsbeispiele

Dus je wilt dat ik de cava annuleer en champagne bestel.

Übersetzungen

Dänischsende afbud
Englischcancel; countermand
Esperantomalmendi; kontraŭmendi
Italienischannullare un ordine
Spanischanular; contramandar
Westfriesischôfbestelle; ôfsizze