Information über das Wort doorvoeren (Niederländisch → Esperanto: efektivigi)

Synonyme: bewerkstelligen, tot stand brengen, verwezenlijken, volvoeren, voor elkaar krijgen, implementeren

WortartVerb
Aussprache/ˈdoːrvuːrə(n)/
Trennungdoor·voe·ren

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) voer door(ik) voerde door
(jij) voert door(jij) voerde door
(hij) voert door(hij) voerde door
(wij) voeren door(wij) voerden door
(jullie) voeren door(jullie) voerden door
(gij) voert door(gij) voerdet door
(zij) voeren door(zij) voerden door
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) doorvoere(dat ik) doorvoerde
(dat jij) doorvoere(dat jij) doorvoerde
(dat hij) doorvoere(dat hij) doorvoerde
(dat wij) doorvoeren(dat wij) doorvoerden
(dat jullie) doorvoeren(dat jullie) doorvoerden
(dat gij) doorvoeret(dat gij) doorvoerdet
(dat zij) doorvoeren(dat zij) doorvoerden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
voer doorvoert door
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
doorvoerend, doorvoerende(hebben) doorgevoerd

Gebrauchsbeispiele

Volgens kenners is de afname van het aantal abonnees deels te wijten aan een doorgevoerde prijsverhoging begin dit jaar.

Übersetzungen

Deutschausführen; ausrichten; verwirklichen; bewerkstelligen; vollbringen; durchführen; zustande bringen; leisten; vornehmen
Englischcarry through
Esperantoefektivigi
Französischréaliser
Polnischurzeczywistniać; zrealizować
Portugiesischefectivar; efectuar; realizar
Saterfriesischuutfiere; uutgjuchte
Spanischrealizar