Information über das Wort ontraden (Niederländisch → Esperanto: malkonsili)

Synonym: afraden

WortartVerb
Aussprache/ɔnˈtradə(n)/
Trennungont·ra·den

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) ontraad(ik) ontried, ontraadde
(jij) ontraadt(jij) ontried, ontraadde
(hij) ontraadt(hij) ontried, ontraadde
(wij) ontraden(wij) ontrieden, ontraadden
(jullie) ontraden(jullie) ontrieden, ontraadden
(gij) ontraadt(gij) ontriedt, ontraaddet
(zij) ontraden(zij) ontrieden, ontraadden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) ontrade(dat ik) ontriede, ontraadde
(dat jij) ontrade(dat jij) ontriede, ontraadde
(dat hij) ontrade(dat hij) ontriede, ontraadde
(dat wij) ontraden(dat wij) ontrieden, ontraadden
(dat jullie) ontraden(dat jullie) ontrieden, ontraadden
(dat gij) ontradet(dat gij) ontriedet, ontraaddet
(dat zij) ontraden(dat zij) ontrieden, ontraadden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
ontraadontraadt
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
ontradend, ontradende(hebben) ontraden

Gebrauchsbeispiele

Want de omgeving stond bekend als gevaarlijk en stilstaan in het bos werd door de overheid sterk ontraden.

Übersetzungen

Deutschentraten; abraten
Englischadvise against; dissuade from
Esperantomalkonsili; dekonsili
Italienischsconsigliare
Papiamentodeskonsehá
Saterfriesischänträide; ouräide
Spanischdesaconsejar
Westfriesischôfriede