Information über das Wort notabel (Niederländisch → Esperanto: eminenta)

Synonyme: aanzienlijk, eminent, prominent, uitstékend, vooraanstaand, voornáám, voortreffelijk, uitnemend

WortartAdjektief
Aussprache/ˈnotabəl/
Trennungno·ta·bel

Komparation

Positivenotabel
Komparativnotabeler
Superlativnotabelst

Deklination

 PositiveKomparativSuperlativ
Predikativnotabelnotabeler(het) notabelst, (het) notabelste
AttributivUnbestimmtMännlicher und weiblicher Mehrzahlnotabelenotabelerenotabelste
Sächlicher Einzahlnotabelnotabelernotabelst
Mehrzahlnotabelenotabelerenotabelste
Bestimmtnotabelenotabelerenotabelste
Partitivnotabelsnotabelers 

Gebrauchsbeispiele

De dreigende bouw van een villawijk in de bossen van de buitenplaats Eyckenstein bracht destijds een aantal Utrechtse notabele heren in het geweer.

Übersetzungen

Deutschansehnlich; eminent; hervorragend; ausgezeichnet; bedeutend; hoch; erhaben
Englischeminent; distinguished; prominent; august; brilliant; exemplary
Englisch (Altenglisch)ænlic
Esperantoeminenta; elstara
Färöerischframúrskarandi
Finnischetevä
Französischaccompli; éminent; excellent
Katalanischeminent
Niederdeutschvöäranstånd; uutsteakend
Norwegischutmerket
Papiamentoekselente
Polnischwybitny
Portugiesischalto; distinto; eminente; excelente; notável
Russischвыдающийся
Saterfriesischeminent; ounsjoonelk
Spanischeminente
Suahelibora
Thaiดีเยี่ยม
Türkischâlâ
Westfriesischfoarnaam; treftich