Information über das Wort stranden (Niederländisch → Esperanto: ekgrundi)

Synonyme: aan de grond lopen, vastlopen

WortartVerb
Aussprache/ˈstrɑndə(n)/
Trennungstran·den

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) strand(ik) strandde
(jij) strandt(jij) strandde
(hij) strandt(hij) strandde
(wij) stranden(wij) strandden
(jullie) stranden(jullie) strandden
(gij) strandt(gij) stranddet
(zij) stranden(zij) strandden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) strande(dat ik) strandde
(dat jij) strande(dat jij) strandde
(dat hij) strande(dat hij) strandde
(dat wij) stranden(dat wij) strandden
(dat jullie) stranden(dat jullie) strandden
(dat gij) strandet(dat gij) stranddet
(dat zij) stranden(dat zij) strandden
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
strandend, strandende(zijn) gestrand

Gebrauchsbeispiele

De bultrug die is gestrand bij Texel, is te zwak voor een reddingsoperatie.

Übersetzungen

Afrikaansstrand
Deutschauf Grund laufen
Englischground; run aground; strand
Esperantoekgrundi
Thaiเกย