Information über das Wort zuur (Niederländisch → Esperanto: acide)

Synonym: wrang

WortartAdverb
Aussprache/zyːr/
Trennungzuur

Gebrauchsbeispiele

„Dat brood mag je hebben, omdat ik bij je in de schuld sta”, sprak Ghw zuur.
Mijn vader informeerde nogal zuur wie er eigenlijk mijn salaris betaalde, want hij zag me nauwelijks meer in zijn kantoor.
„Ik zal mijn best doen”, zei de oudere vrouw zuur.
Jon Wessel keek zuur naar zijn verstandige vrouw, maar gaf haar in zichzelf gelijk en zei niets meer.

Übersetzungen

Englischsourly
Esperantoacide
Französischaigrement