Information über das Wort glooien (Niederländisch → Esperanto: deklivi)

Synonyme: afhellen, hellen

WortartVerb
Aussprache/ˈɣloːjə(n)/
Trennungglooi·en

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(hij) glooit(hij) glooide
(zij) glooien(zij) glooiden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat hij) glooie(dat hij) glooide
(dat zij) glooien(dat zij) glooiden
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
glooiend, glooiende(hebben) geglooid

Gebrauchsbeispiele

Het land voor hen begon zacht te glooien.
We rijden door het glooiende landschap van Zuid‐Frankrijk.

Übersetzungen

Deutschabfallen
Englischslope
Esperantodeklivi
Portugiesischformar declive
Westfriesischdeldrage