Information über das Wort ontaarden (Niederländisch → Esperanto: degeneri)

Synonyme: degenereren, verbasteren, verworden, zinken

WortartVerb
Aussprache/ɔnˈtaːrdə(n)/
Trennungont·aar·den

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) ontaard(ik) ontaardde
(jij) ontaardt(jij) ontaardde
(hij) ontaardt(hij) ontaardde
(wij) ontaarden(wij) ontaardden
(jullie) ontaarden(jullie) ontaardden
(gij) ontaardt(gij) ontaarddet
(zij) ontaarden(zij) ontaardden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) ontaarde(dat ik) ontaardde
(dat jij) ontaarde(dat jij) ontaardde
(dat hij) ontaarde(dat hij) ontaardde
(dat wij) ontaarden(dat wij) ontaardden
(dat jullie) ontaarden(dat jullie) ontaardden
(dat gij) ontaardet(dat gij) ontaarddet
(dat zij) ontaarden(dat zij) ontaardden
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
ontaardend, ontaardende(zijn) ontaard

Übersetzungen

Deutschausarten; degenerieren; entarten
Englischdegenerate; degrade; deteriorate
Esperantodegeneri
Färöerischkryplast; spillast; úrskeplast
Französischs’abâtardir
Katalanischdegenerar
Papiamentodegenerá
Portugiesischcorromper‐se; degenerar
Russischвырождаться
Saterfriesischdegenerierje; ferwäide; uutoarje
Spanischdegenerar
Tschechischdegenerovat; zvrhnout se