Information über das Wort opvouwen (Niederländisch → Esperanto: kunfaldi)

Synonyme: dichtvouwen, toevouwen

WortartVerb
Aussprache/ˈɔpfɑu̯ʋə(n)/
Trennungop·vouw·en

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) vouw op(ik) vouwde op
(jij) vouwt op(jij) vouwde op
(hij) vouwt op(hij) vouwde op
(wij) vouwen op(wij) vouwden op
(jullie) vouwen op(jullie) vouwden op
(gij) vouwt op(gij) vouwdet op
(zij) vouwen op(zij) vouwden op
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) opvouwe(dat ik) opvouwde
(dat jij) opvouwe(dat jij) opvouwde
(dat hij) opvouwe(dat hij) opvouwde
(dat wij) opvouwen(dat wij) opvouwden
(dat jullie) opvouwen(dat jullie) opvouwden
(dat gij) opvouwet(dat gij) opvouwdet
(dat zij) opvouwen(dat zij) opvouwden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
vouw opvouwt op
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
opvouwend, opvouwende(hebben) opgevouwen

Gebrauchsbeispiele

Hij vouwde het papier op en knikte peinzend.

Übersetzungen

Deutschzusammenfalten
Esperantokunfaldi
Westfriesischgeardwaan