Information über das Wort binnenkomen (Niederländisch → Esperanto: enveni)

WortartVerb
Aussprache/ˈbɪnə(ŋ)komə(n)/
Trennungbin·nen·ko·men

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) kom binnen(ik) kwam binnen
(jij) komt binnen(jij) kwam binnen
(hij) komt binnen(hij) kwam binnen
(wij) komen binnen(wij) kwamen binnen
(jullie) komen binnen(jullie) kwamen binnen
(gij) komt binnen(gij) kwaamt binnen
(zij) komen binnen(zij) kwamen binnen
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) binnenkome(dat ik) binnenkwame
(dat jij) binnenkome(dat jij) binnenkwame
(dat hij) binnenkome(dat hij) binnenkwame
(dat wij) binnenkomen(dat wij) binnenkwamen
(dat jullie) binnenkomen(dat jullie) binnenkwamen
(dat gij) binnenkomet(dat gij) binnenkwamet
(dat zij) binnenkomen(dat zij) binnenkwamen
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
kom binnenkomt binnen
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
binnenkomend, binnenkomende(zijn) binnengekomen

Gebrauchsbeispiele

De cipiers waren ook binnengekomen.
De dienstbode kwam binnen.
Sommigen beweerden zelfs dat zij de nacht voor de hoofdingang hadden doorgebracht, om er zeker van te zijn dat zij als eersten zouden binnenkomen.
Drie mannen kwamen binnen.
Wij dieven weten wel hoe we moeten binnenkomen.
Toen haar zoon Edmund even later binnenkwam, was zij reeds volkomen verdiept in de kleine advertenties.
Ze geven meer uit dan er binnenkomt.

Übersetzungen

Afrikaansinkom
Deutschhereinkommen; hineinkommen
Englischenter; come in
Esperantoenveni
Französischentrer; entrer dans
Katalanischentrar
Papiamentodrenta
Portugiesischentrar em
Russischвойти; входить
Saterfriesischienkuume
Spanischentrar
Suaheli‐ingia
Thaiเข้ามา
Tschechischvejít