Information über das Wort net (Niederländisch → Esperanto: reto)

WortartSubstantiv
Aussprache/nɛt/
Trennungnet
Geschlechtsächlich
Mehrzahlnetten

Verkleinerungswort
EinzahlMehrzahl
netjenetjes

Gebrauchsbeispiele

Ze sleepten hun netten langs de kust en bebouwden hun karig met vruchtbare aarde bedekte velden tot de tijd en het zwoegen hen braken en ze hun beenderen ter ruste legden achter de kleine houten kerk.

Übersetzungen

Englischnet
Esperantoreto