Informasie oor die woord helft (Nederlands → Esperanto: duono)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ɦɛlᵊft/
Afbrekinghelft
Geslaghistories vroulik, teënwoordig ook manlik
Meervoudhelften

Voorbeelde van gebruik

Ik ben gedwongen de helft van dat bedrag zelf te aanvaarden.
Meer dan de helft van hen is nu, zes jaar later, nog steeds niet terecht.
Toen stak hij de beide helften aan met dezelfde lucifer.
We geven de koerier de ene helft en houden zelf de andere.
Ik was me er vaag van bewust dat ik over de helft was.
Maar hoe zit het met de andere helft?
Gaat het goed met de economie, dan kiest iets meer dan de helft nog voor een man als baas.

Vertalinge

Afrikaanshelfte
Deenshalvdel
DuitsHälfte
Engelshalf
Esperantoduono
Faroëeshálvt; helmingur; helvt
Finspuolikas
Fransmoitié
Hongaarsfél
Italiaansmetà
Jamaikaanse Patoishaaf
LuxemburgsHallschent
Poolspołowa
Portugeesmetade
Roemeensjumătate
Russiesполовина
SaterfriesHaaldeel
Spaansmedio
Srananafu
Sweedshälft
Thaiครึ่ง
Turksbuçuk