Informasie oor die woord gebruiken (Nederlands → Esperanto: trinki)

Sinoniem: drinken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɣəˈbrœy̯kə(n)/
Afbrekingge·brui·ken

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) gebruik(ik) gebruikte
(jij) gebruikt(jij) gebruikte
(hij) gebruikt(hij) gebruikte
(wij) gebruiken(wij) gebruikten
(jullie) gebruiken(jullie) gebruikten
(gij) gebruikt(gij) gebruiktet
(zij) gebruiken(zij) gebruikten
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) gebruike(dat ik) gebruikte
(dat jij) gebruike(dat jij) gebruikte
(dat hij) gebruike(dat hij) gebruikte
(dat wij) gebruiken(dat wij) gebruikten
(dat jullie) gebruiken(dat jullie) gebruikten
(dat gij) gebruiket(dat gij) gebruiktet
(dat zij) gebruiken(dat zij) gebruikten
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
gebruikgebruikt
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
gebruikend, gebruikende(hebben) gebruikt

Voorbeelde van gebruik

De anders zo nijvere kruidenier zat te midden van een grote wanorde op zijn toonbank een flesje frisdrank te gebruiken en keek nauwelijks op.
De conversatiezaal was niet het enige vertrek waar je de thee kon gebruiken.

Vertalinge

Esperantotrinki