Informasie oor die woord gehoorzamen (Nederlands → Esperanto: obei)

Sinonieme: gehoor geven aan, gehoorzamen aan

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɣəˈɦorzamə(n)/
Afbrekingge·hoor·za·men

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) gehoorzaam(ik) gehoorzaamde
(jij) gehoorzaamt(jij) gehoorzaamde
(hij) gehoorzaamt(hij) gehoorzaamde
(wij) gehoorzamen(wij) gehoorzaamden
(jullie) gehoorzamen(jullie) gehoorzaamden
(gij) gehoorzaamt(gij) gehoorzaamdet
(zij) gehoorzamen(zij) gehoorzaamden
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) gehoorzame(dat ik) gehoorzaamde
(dat jij) gehoorzame(dat jij) gehoorzaamde
(dat hij) gehoorzame(dat hij) gehoorzaamde
(dat wij) gehoorzamen(dat wij) gehoorzaamden
(dat jullie) gehoorzamen(dat jullie) gehoorzaamden
(dat gij) gehoorzamet(dat gij) gehoorzaamdet
(dat zij) gehoorzamen(dat zij) gehoorzaamden
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
gehoorzaamgehoorzaamt
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
gehoorzamend, gehoorzamende(hebben) gehoorzaamd

Voorbeelde van gebruik

U wilt dat ik u gehoorzaam, en u zult me kwaad doen als ik weiger.
Gehoorzaam je niet, dan is het met jullie gedaan.
Ze haastten zich hem te gehoorzamen.
Gehoorzaam hem.
Zolang ge op deze aarde rondwandelt, wil ik u gehoorzamen en al uw wensen vervullen, indien ge mijn voorwaarden aanvaardt.
Tom Poes gehoorzaamde hem met tegenzin.
De beide agenten gehoorzaamden.

Vertalinge

Afrikaansgehoorsaam aan; gehoor gee aan; gehoorsaam
Deensadlyde
Duitsfolgen; befolgen; gehorchen
Engelsobey
Esperantoobei
Faroëesakta; vera lýðin
Fransobéir
Italiaansubbidire
Katalaanscreure; obeir
Latynobedire; parere
Luxemburgsfollegen
Papiamentsobedesé
Poolsbyć posłusznym
Portugeesobedecer; observar
Saterfriesbefoulgje; foulgje; heere
Spaansobedecer
Sweedshörsamma; lyda; åtlyda
Tsjeggiesposlechnout; poslouchat; uposlechnout
Turksitaat etmek
Wes‐Friesgehoar jaan oan