Informasie oor die woord eruit zien (Nederlands → Esperanto: mieni)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/əˈrœy̯tsin/, /ɛˈrœy̯tsin/
Afbrekinger·uit·zien

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) eruitzie(ik) eruitzag
(jij) eruitziet(jij) eruitzag
(hij) eruitziet(hij) eruitzag
(wij) eruit zien(wij) eruitzagen
(jullie) eruit zien(jullie) eruitzagen
(gij) eruitziet(gij) eruitzaagt
(zij) eruit zien(zij) eruitzagen
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) eruitzie(dat ik) eruitzage
(dat jij) eruitzie(dat jij) eruitzage
(dat hij) eruitzie(dat hij) eruitzage
(dat wij) eruit zien(dat wij) eruitzagen
(dat jullie) eruit zien(dat jullie) eruitzagen
(dat gij) eruit ziet(dat gij) eruitzaget
(dat zij) eruit zien(dat zij) eruitzagen
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
eruit ziend, eruit ziende(hebben) eruitgezien