Informasie oor die woord verwensen (Nederlands → Esperanto: malbeni)

Sinonieme: vermaledijen, vervloeken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈʋɛnsə(n)/
Afbrekingver·wen·sen

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) verwens(ik) verwenste
(jij) verwenst(jij) verwenste
(hij) verwenst(hij) verwenste
(wij) verwensen(wij) verwensten
(jullie) verwensen(jullie) verwensten
(gij) verwenst(gij) verwenstet
(zij) verwensen(zij) verwensten
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) verwense(dat ik) verwenste
(dat jij) verwense(dat jij) verwenste
(dat hij) verwense(dat hij) verwenste
(dat wij) verwensen(dat wij) verwensten
(dat jullie) verwensen(dat jullie) verwensten
(dat gij) verwenset(dat gij) verwenstet
(dat zij) verwensen(dat zij) verwensten
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verwensverwenst
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
verwensend, verwensende(hebben) verwenst

Voorbeelde van gebruik

Zij verbeeldt zich ene koningsdochter te zijn, die verwenst is door enen machtige tovenaar, en in enen kuil onder de grond moet zuchten en tranen storten, totdat haar verloofde, de prins Arthur, haar komt verlossen.

Vertalinge

Duitsverfluchen; verwünschen; verdammen; fluchen
Engelscurse; imprecate
Esperantomalbeni
Fransmaudire
Portugeesamaldiçoar
Saterfriesferwonskje
Srananfruku
Sweedsförbanna; fördöma
Turksbeddua