Informasie oor die woord afwikkelen (Nederlands → Esperanto: likvidi)

Sinonieme: liquideren, opheffen, solveren

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɑfʋɪkələ(n)/
Afbrekingaf·wik·ke·len

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) wikkel af(ik) wikkelde af
(jij) wikkelt af(jij) wikkelde af
(hij) wikkelt af(hij) wikkelde af
(wij) wikkelen af(wij) wikkelden af
(jullie) wikkelen af(jullie) wikkelden af
(gij) wikkelt af(gij) wikkeldet af
(zij) wikkelen af(zij) wikkelden af
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) afwikkele(dat ik) afwikkelde
(dat jij) afwikkele(dat jij) afwikkelde
(dat hij) afwikkele(dat hij) afwikkelde
(dat wij) afwikkelen(dat wij) afwikkelden
(dat jullie) afwikkelen(dat jullie) afwikkelden
(dat gij) afwikkelet(dat gij) afwikkeldet
(dat zij) afwikkelen(dat zij) afwikkelden
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
wikkel afwikkelt af
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
afwikkelend, afwikkelende(hebben) afgewikkeld

Vertalinge

Duitsabrechnen; liquidieren
Engelsliquidate
Esperantolikvidi
Fransliquider; supprimer
Katalaansliquidar
Portugeesajustar pagando; liquidar
Saterfriesliquidierje; oureekenje
Spaansliquidar
Tsjeggieslikvidovat
Wes‐Friesôfhannelje