Informasie oor die woord handelen (Nederlands → Esperanto: komerci)

Sinoniem: handeldrijven

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɦɑndələ(n)/
Afbrekinghan·de·len

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) handel(ik) handelde
(jij) handelt(jij) handelde
(hij) handelt(hij) handelde
(wij) handelen(wij) handelden
(jullie) handelen(jullie) handelden
(gij) handelt(gij) handeldet
(zij) handelen(zij) handelden
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) handele(dat ik) handelde
(dat jij) handele(dat jij) handelde
(dat hij) handele(dat hij) handelde
(dat wij) handelen(dat wij) handelden
(dat jullie) handelen(dat jullie) handelden
(dat gij) handelet(dat gij) handeldet
(dat zij) handelen(dat zij) handelden
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
handelhandelt
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
handelend, handelende(hebben) gehandeld

Vertalinge

Deenshandle
Duitshandeln; Handel treiben
Engelstrade
Esperantokomerci
Katalaanscomerciar
Portugeescomerciar; mercadejar; negociar
SaterfriesHondel dwo; hondelje
Sweedshandla