Informasie oor die woord bijeenpassen (Nederlands → Esperanto: harmonii)

Sinonieme: harmoniëren, samenklinken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bɛi̯ˈempɑsə(n)/
Afbrekingbij·een·pas·sen

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(wij) passen bijeen(wij) pasten bijeen
(jullie) passen bijeen(jullie) pasten bijeen
(gij) past bijeen(gij) pastet bijeen
(zij) passen bijeen(zij) pasten bijeen
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat wij) bijeenpassen(dat wij) bijeenpasten
(dat jullie) bijeenpassen(dat jullie) bijeenpasten
(dat gij) bijeenpasset(dat gij) bijeenpastet
(dat zij) bijeenpassen(dat zij) bijeenpasten
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
bijeenpassend, bijeenpassende(hebben) bijeengepast

Vertalinge

Deensstemme overens
Duitsharmonieren; in Einklang stehen
Engelsfit together; harmonize; accord; match; get along
Esperantoharmonii
Papiamentsarmonisá; harmonisá
Portugeesestar em harmonia
Sweedsharmoniera
Thaiต้อง
Turksbağdaşma