Informasie oor die woord fijnhakken (Nederlands → Esperanto: haketi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈfɛi̯nɦɑkə(n)/
Afbrekingfijn·hak·ken

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) hak fijn(ik) hakte fijn
(jij) hakt fijn(jij) hakte fijn
(hij) hakt fijn(hij) hakte fijn
(wij) hakken fijn(wij) hakten fijn
(jullie) hakken fijn(jullie) hakten fijn
(gij) hakt fijn(gij) haktet fijn
(zij) hakken fijn(zij) hakten fijn
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) fijnhakke(dat ik) fijnhakte
(dat jij) fijnhakke(dat jij) fijnhakte
(dat hij) fijnhakke(dat hij) fijnhakte
(dat wij) fijnhakken(dat wij) fijnhakten
(dat jullie) fijnhakken(dat jullie) fijnhakten
(dat gij) fijnhakket(dat gij) fijnhaktet
(dat zij) fijnhakken(dat zij) fijnhakten
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
hak fijnhakt fijn
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
fijnhakkend, fijnhakkende(hebben) fijngehakt

Vertalinge

Duitskleinhacken; häckseln
Engelsmince
Esperantohaketi
Franshacher menu
Portugeescortar em pedaços pequenos
Spaanspicar