Informasie oor die woord bedienen (Nederlands → Esperanto: funkciigi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈdinə(n)/
Afbrekingbe·die·nen

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) bedien(ik) bediende
(jij) bedient(jij) bediende
(hij) bedient(hij) bediende
(wij) bedienen(wij) bedienden
(jullie) bedienen(jullie) bedienden
(gij) bedient(gij) bediendet
(zij) bedienen(zij) bedienden
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) bediene(dat ik) bediende
(dat jij) bediene(dat jij) bediende
(dat hij) bediene(dat hij) bediende
(dat wij) bedienen(dat wij) bedienden
(dat jullie) bedienen(dat jullie) bedienden
(dat gij) bedienet(dat gij) bediendet
(dat zij) bedienen(dat zij) bedienden
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
bedienbedient
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
bedienend, bedienende(hebben) bediend

Voorbeelde van gebruik

Cook bediende de sluis terwijl zij hun helmen opzetten.

Vertalinge

Duitsin Betrieb setzen; betätigen
Engelscontrol; operate; work
Esperantofunkciigi; ekfunkciigi
Poolsuruchamiać