Informasie oor die woord aanvallen (Nederlands → Esperanto: preni senĝene)

Sinoniem: toetasten

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈanvɑlə(n)/
Afbrekingaan·val·len

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) val aan(ik) viel aan
(jij) valt aan(jij) viel aan
(hij) valt aan(hij) viel aan
(wij) vallen aan(wij) vielen aan
(jullie) vallen aan(jullie) vielen aan
(gij) valt aan(gij) vielt aan
(zij) vallen aan(zij) vielen aan
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) aanvalle(dat ik) aanviele
(dat jij) aanvalle(dat jij) aanviele
(dat hij) aanvalle(dat hij) aanviele
(dat wij) aanvallen(dat wij) aanvielen
(dat jullie) aanvallen(dat jullie) aanvielen
(dat gij) aanvallet(dat gij) aanvielet
(dat zij) aanvallen(dat zij) aanvielen
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
val aanvalt aan
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
aanvallend, aanvallende(hebben) aangevallen

Voorbeelde van gebruik

Ze vonden een relatief rustig hoekje en uitgehongerd vielen ze aan.

Vertalinge

Esperantopreni senĝene