Informasie oor die woord vrucht (Nederlands → Esperanto: frukto)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/vrɵxt/
Afbrekingvrucht

Voorbeelde van gebruik

Haar vruchten zijn geelrood, 2,5 cm groot en peer‐ of appelvormig.
Na de bloei wordt de zich ontwikkelende vrucht afgesneden.

Vertalinge

Esperantofrukto
Jamaikaanse Patoisfruut
Nederduitsvrücht
Spaansfruta
Swahilitunda