Informasie oor die woord koffie (Nederlands → Esperanto: kafo)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈkɔfi/
Afbrekingkof·fie

Voorbeelde van gebruik

Nadat de sheriff voor koffie gezorgd had, kwam hij eindelijk ter zake.
Misschien kunnen we hier ergens een kopje koffie drinken.
Het was iets over elven toen zij weggingen en door zijstraten naar de Shaftesbury Avenue wandelden met het vage plan nog ergens een kopje koffie te drinken voordat zij naar huis gingen.
Er werd koffie geserveerd.
Zal ik koffie voor je halen?

Vertalinge

Afrikaansboeretroos; koffie; Afrikanertroos
DuitsKaffee
Engelscoffee
Esperantokafo
Franscafé
Swahilikahawa
Thaiกาแฟ
Walliescoffi
Wes‐Frieskofje