Informasie oor die woord koning (Nederlands → Esperanto: reĝo)

Sinoniem: heer

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈkonɪŋ/
Afbrekingko·ning
Geslagmanlik
Meervoudkoningen

Voorbeelde van gebruik

Ze legde een koning op een lege plaats, een rode zeven op een zwarte acht, verlegde snel een aantal kaarten en leunde toen met een zucht van voldoening achterover in haar stoel.

Vertalinge

DuitsKönig
Engelsking
Esperantoreĝo
Fransroie
Italiaansre
Nederduitsköäning
Noorskonge
Poolskról
Portugeesrei
Russiesкороль
Skotskeeng
Spaansrey
Sweedskung
Wes‐Frieshear; kening; man