Informasie oor die woord zich verbreiden (Nederlands → Esperanto: disvastiĝi)

Sinonieme: om zich heen tasten, zich verspreiden, om zich heen grijpen

Woordsoortwederkerende werkwoord

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) verbreid mij(ik) verbreidde mij
(jij) verbreidt je(jij) verbreidde je
(hij) verbreidt zich(hij) verbreidde zich
(wij) verbreiden ons(wij) verbreidden ons
(jullie) verbreiden ons(jullie) verbreidden ons
(gij) verbreidt u(gij) verbreiddet u
(zij) verbreiden zich(zij) verbreidden zich
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) mij verbreide(dat ik) mij verbreidde
(dat jij) je verbreide(dat jij) je verbreidde
(dat hij) zich verbreide(dat hij) zich verbreidde
(dat wij) ons verbreiden(dat wij) ons verbreidden
(dat jullie) ons verbreiden(dat jullie) ons verbreidden
(dat gij) u verbreidet(dat gij) u verbreiddet
(dat zij) zich verbreiden(dat zij) zich verbreidden
Gebiedende wys
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verbreid jeverbreidt je
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
zich verbreidend, zich verbreidende(hebben) zich verbreid

Voorbeelde van gebruik

De mannen waren gekalmeerd en langzamerhand begon er zich een ongewilde bewondering voor Wessel onder hen te verbreiden.