Informasie oor die woord net (Nederlands → Esperanto: ĵus)

Sinonieme: daareven, daarnet, daarstraks, juist, pas, straks, zoëven, zojuist, zonet, temee, zopas

Woordsoortbywoord
Uitspraak/nɛt/
Afbrekingnet

Voorbeelde van gebruik

Hij is net deze ochtend vertrokken!
En Joost is net met een eenvoudige doch voedzame maaltijd bezig.
De zon was net op.
Toen hij zich buiten weer naar zijn voertuig begaf, kwam hij toevallig net de ambtenaar Dorknoper tegen.
Ik heb net gesproken met een medewerkster van Telfort.
Hij zag een man die dertig meter verder net op zijn paard aan het klimmen was.

Vertalinge

Afrikaansnou net
Duitseben; gerade; just; soeben
Engelsjust; just now
Esperantoĵus
Faroëesbeint nú; nýliga
Finsjuuri
Fransà l’instant; justement; tout à l’heure
Katalaanssuara; tot just
Maleistadi
Papiamentshustamente
Poolsdopiero co; przed chwilą
Portugeesagora mesmo; neste instante
Saterfriesjuust ieuwen
Spaansahora mismo; hace un momento; recién
Sweedsjust; nyss
Thaiเมื่อกี้นี้; เพิ่ง; พึ่ง
Wes‐Friesjust; krektsa; niis; niiskrekt; nyskes; strak; sakrekt