Informasie oor die woord weer (Nederlands → Esperanto: vetero)

Sinonieme: weder, weersomstandigheden

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ʋeːr/
Afbrekingweer
Geslagonsydig

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
weertjeweertjes

Voorbeelde van gebruik

De transportsector zit in zwaar weer.
De dag van de bijeenkomst was het gelukkig prachtig warm weer.
Zij waren veertien dagen onderweg geweest toen het weer veranderde.
Maar zowel De Kruif als Ždanov denkt niet dat het weer zo belangrijk is.
Tegen de avond werd het weer slechter.
Nu wilde het geval echter dat het weer niet meewerkte.

Vertalinge

Afrikaansweer
Albaniesmot
Deensvejr
DuitsWetter; Witterung
Engelsweather
Engels (Ou Engels)weder
Esperantovetero
Faroëesveður
Finssää
Franstemps
Grieksκαιρός
Hawaiïesanilā
Hongaarsidő
Italiaanstempo
Jamaikaanse Patoisweda
Katalaanstemps
Latyntempestus
LuxemburgsWieder
Maleishawa; udara
Noorsvæer
Papiamentstempu; tempo
Poolspogoda
Portugeestempo
Roemeenstimp; vreme
Russiesпогода
SaterfriesWeeder
Skots-Gaeliesaimsir; sìde
Spaanstiempo; clima
Srananweri
Sweedsväder
Thaiอากาศ
Tsjeggiespočasí
Wes‐Frieswaar
Yslandsveður