Informasie oor die woord huwelijk (Nederlands → Esperanto: geedzeco)

Sinonieme: echt, echtverbintenis, verbintenis

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈɦyʋələk/
Afbrekinghu·we·lijk
Geslagonsydig

Voorbeelde van gebruik

Ze mogen nog blij zijn dat ze zo’n goed huwelijk hebben.
De uitwerking hiervan op het huwelijk is vaak fataal.
Ik had dat waarschijnlijk al veel eerder moeten doen, maar u weet hoe dat gaat in een ongelukkig huwelijk.

Vertalinge

Afrikaanshuwelik
Deensægteskab
DuitsEhe
Engelsmarriage
Esperantogeedzeco
Fransmariage
Italiaansmatrimonio
Noorsekteskap
Portugeesmatrimónio
Russiesбрак
SaterfriesHilk
Spaansmatrimonio
Sweedsäktenskap
Tsjeggiesmanželství; sňatek
Wes‐Friesboask
Yslandshjónaband