Informasie oor die woord bar (Engels → Esperanto: strio)

Sinonieme: ray, strip, stripe, streak, band, swath

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/bɑː*/
Afbrekingbar
Shaw‐alfabet𐑚𐑸
Meervoudbars

Vertalinge

Afrikaansstreep
Deensstreg
DuitsStreifen
Esperantostrio
Faroëesál; rípa
Finsjuova
Fransbande; raie; rayure
Katalaansestria; filet; tira; veta
Nederduitsreyp; reep
Nederlandsstreep
Papiamentsstrepi
Portugeesbarra
SaterfriesStriemel; Striep; Striepe; Striepel
Spaansbanda; estría; lista; raya; tira; veta
Sweedsstreck; strimla; strimma
Wes‐Friesstreek; stripe