Informasie oor die woord vorher (Duits → Esperanto: antaŭe)

Sinonieme: früher, zuvor

Uitspraak/foːrˈheːr/, /ˈfoːrheːr/
Afbrekingvor·her
Woordsoortbywoord

Voorbeelde van gebruik

Ich habe Ihnen doch vorher gesagt, wie Henoch ist.
Doch vorher muß ich wissen, wer du bist.
Vorher waren seine Finger noch nicht so.

Vertalinge

Afrikaansvroeër
Engelsbefore
Esperantoantaŭe
Nederlandseertijds; daarvoor; tevoren; voorheen; eerder; indertijd; vroeger; vooraan; voordien
Spaansantes