Informasie oor die woord bewegen (Duits → Esperanto: engaĝi)

Sinonieme: engagieren, verpflichten, anstellen, einstellen, in Dienst nehmen, veranlassen, nötigen

Uitspraak/bəˈveːɡən/
Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ich) bewege(ich) bewog
(du) bewegst(du) bewogst
(er) bewegt(er) bewog
(wir) bewegen(wir) bewogen
(ihr) bewegt(ihr) bewogt
(sie) bewegen(sie) bewogen
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ich) bewege(ich) bewöge
(du) bewegest(du) bewögest
(er) bewege(er) bewöge
(wir) bewegen(wir) bewögen
(ihr) beweget(ihr) bewöget
(sie) bewegen(sie) bewögen
Gebiedende wys
(du) bewege
(ihr) bewegt
bewegen Sie
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
bewegend(haben) bewogen

Vertalinge

Engelsengage
Esperantoengaĝi
Nederlandsengageren; in dienst nemen
Portugeesengajar
Spaansenzarzar