Informasie oor die woord gelten (Duits → Esperanto: validi)

Sinonieme: gültig sein, bestätigen

Uitspraak/ˈɡɛltən/
Afbrekinggel·ten
Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(er) gilt(er) galt
(sie) gelten(sie) galten
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(er) gelte(er) gölte, gälte
(sie) gelten(sie) gölten, gälten
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
geltend(haben) gegolten

Voorbeelde van gebruik

Und das galt auch für zynische Verwandte!

Vertalinge

Engelsbe valid
Esperantovalidi; valori
Faroëeshava gildi
Luxemburgsapplicabel sinn
Nederduitsvan topassing weasen
Nederlandsgelden; geldig zijn; valideren; vigeren; van toepassing zijn
Portugeesestar em vigor; ser válido; ter valor; valer
Saterfriesjäilde
Wes‐Friesjilde